vrijdag 26 februari 2010

23 dingen #4: web 2.0

 Web 2.0 is het internet van lezen en schrijven, het ReadWriteWeb. Websites en diensten zijn zo ontwikkeld dat ze dynamisch zijn en, bijvoorbeeld in het geval van wiki's, openstaan voor contentbijdragen van gebruikers. Om aan deze voorwaarden te kunnen voldoen moet elke drempel die deelname belemmert worden weggenomen, zowel voor de ontwikkelaars als voor de gebruikers. Open standaarden dus.

Voor talloze op zichzelf staande diensten werkt dat al uitstekend. En uitwisseling ertussen is ook, zij het in bescheiden mate, mogelijk. Embedden van een Youtube-filmpje in een blog? Geen probleem. Integreren van een Twitter-feed in je gebruikerspagina op Facebook of LinkedIn? Zo geregeld. Je bent als gebruiker echter nog steeds verplicht om verschillende websites te bezoeken. Vanzelfsprekend kan je de tijd die je hieraan vroeger besteedde deels ondervangen met een goed functionerende RSS-feed, maar voor het lezen van bijvoorbeeld de comments bij een artikel is surfen naar de originele bronsite vereist.

Van de week las ik dankzij een tweet het artikel Coming soon: the disruptive molecular age of information. In het stuk voorziet de auteur een internet waarbij alle data (blogs, foto's, mp3's, tweets, etc.) in zodanige mate van tags voorzien zijn dat er altijd een koppeling tussen mogelijk is. Je kan je voorstellen dat content en gebruiker automatisch samenkomen, bijvoorbeeld op een netwerksite als Facebook. Op dit soort netwerksites vindt namelijk de interactie tussen de gebruiker met familie, vrienden, bekenden en collega's plaats. Het nieuwe internet draait daarom niet meer om websites, maar in toenemende mate om de plaatsen waar gebruikers en content samenkomen.En het bezoek aan dit soort sites stijgt explosief.

JESS3 / The State of The Internet from Jesse Thomas on Vimeo.


In het geval van een bibliotheek is het denkbaar dat er een bibliotheek-Facebookpagina (of ongeacht welke andere netwerksite) is die toegang geeft tot de catalogus of tot een feed met nieuwe aanwinsten. Vanzelfsprekend op basis van metadata van de content en gebruikersgegevens van de klant. Een stapje verder, maar allerminst onmogelijk, is het op basis van deze informatie aanbieden van links naar te lenen (digitaal) materiaal. Wanneer de infrastructuur hierin voorziet zijn de mogelijkheden eindeloos.

1 opmerking:

Maartje zei

Met deze vergaande combinaties in het vooruitzicht ben ik blij dat we in ieder geval de 23 dingen cursus gedaan hebben/doen. Dan hebben we een beetje een idee waar dit over gaat. Voorbij de RSS-feeds: tagging wordt de verbindingsmogelijkheid voor de gebruiker.

Een reactie posten